Zondag 26 augustus. Stockholm. - Reisverslag uit Solna, Zweden van Elly Oudenaren - WaarBenJij.nu Zondag 26 augustus. Stockholm. - Reisverslag uit Solna, Zweden van Elly Oudenaren - WaarBenJij.nu

Zondag 26 augustus. Stockholm.

Door: Elly van Oudenaren

Blijf op de hoogte en volg Elly

26 Augustus 2018 | Zweden, Solna

“Wenn Engel reisen, lacht der Himmel”. Ik kan er ook niets aan doen dat ik steeds mooi weer heb. Zo ook vandaag. Hadden ze regen voorspeld, krijg ik zon. Ook nu nog. Als ik naar buiten kijk zie ik een schitterende lucht met hier en daar een wolkje.
Ik wilde zoveel mogelijk van het mooie weer genieten dus trok ik er weer met bus 67 op uit. Vandaag wilde ik naar het eiland Djurgården. Het bleek dat mijn bus daar rechtstreeks naar toe ging. Het was het eindpunt. Dat was dus heel gemakkelijk want nu hoefde ik niet over te stappen. Ik reed weg met de bus van tien uur; het is tenslotte ook vakantie. Maar meer mensen wilden van het mooie weer profiteren. Hele gezinnen stapten in de bus. Op een gegeven moment stonden er wel zes kinderwagens in. Het is ook heel gemakkelijk om in de bus te komen; zelfs voor mij knielt hij. De Zweden gingen duidelijk op stap en waar anders naar toe dan naar Djurgården?

Djurgården is een stadsdistrict van het stadsdeel Östermalm, dat het op één na grootste eiland van de Zweedse hoofdstad Stockholm uitmaakt. Het eiland ligt in het oosten van Stockholm. Het stadsdistrict Djurgården vormt zelf een schiereiland, bevat een parkgebied en is een populaire bestemming voor dagtoerisme. Djurgården heeft ongeveer 800 inwoners, is 279 hectare groot en wordt door een ruim 10 kilometer lang strand omgeven. Officieel heet het eiland Valdemarsön, maar die naam wordt praktisch niet gebruikt.

De naam Djurgården betekent diergaarde en slaat op het feit dat hier vroeger de koninklijke jachtgronden waren. Het gebied heeft zich door de geschiedenis heen ontwikkeld van een koninklijk privégebied naar een algemeen toegankelijk nationaal park. Omdat de grond nog steeds eigendom van het rijk is, zijn er veel rijksmusea gelegen.

Je vindt hier onder andere het beroemde Vasamuseum en er is een bekend attractiepark te vinden, het Tivoli Gröna Lund. Het park opende voor het eerst de poorten in 1883. In 2003 vierde het park dat het 120 jaar oud was met onder andere een nieuwe achtbaan. Verder is er een dierentuin en een openluchtmuseum, Skansen geheten. Ook bevindt zich hier het monument ter nagedachtenis aan de slachtoffers van het scheepsongeluk met de Estonia. Tot slot is er nog een ABBA-museum en het Astrid Lindgren-museum Junibacken. Over het eiland rijdt een museumtram.

Maar ik wilde naar het Vasamuseum. Je kunt niet naar Stockholm toe zonder een bezoek aan dit museum. Dus liep ik van de bushalte naar het museum. Met vijf minuten was ik er. En ik bleek niet de enige te zijn. Hele groepen Japanners, die natuurlijk weer overal voor mochten, Chinezen, Spanjaarden, Italianen …. er was hier duidelijk wat te zien. Ik sloot aan in de rij, veel anders kon ik niet doen. Maar al met al ging het toch nog redelijk snel, al liep er wel een meisje langs dat kwam vertellen dat het museum vol was en dat, als er mensen uitkwamen, er pas dan weer mensen in mochten. Maar ik was er en eenmaal binnen ging het snel. Ik betaalde mijn kaartje en ging naar de informatie om te vragen wat ik het beste kon doen.

Er zijn steeds rondleidingen in verschillende talen maar er zijn heel veel trappen. Dus het leek me niet handig om met een groep mee te gaan. Die mevrouw vertelde me dat ik het beste eerst een film kon gaan bekijken en verder hebben we de website van het museum gedownload. Zo kon ik dan een hele privérondleiding op mijn eigen mobieltje krijgen. Het werkte perfect. Het is trouwens een enorm groot gebouw. Je moet je voorstellen dat het hele schip erin ligt. En in het Zuiderzeemuseum hebben we ook vissersboten in de schepenhal liggen; die zijn er eerst in gelegd en daarna is het dak gemaakt. Maar hier is echt eerst het gebouw gemaakt en daarna is het schip als in een soort droogdok erin gesleept.

De Vasa was een Zweeds oorlogsschip dat op 10 augustus 1628 op zijn eerste tocht zonk in de haven van Stockholm. Het schip is in 1961 geborgen en geconserveerd.

Koning Gustaaf II Adolf gaf in 1625 opdracht aan de Nederlandse scheepsbouwer Henrik Hybertsson om een viertal oorlogsschepen te bouwen in Stockholm, waaronder de driemaster Vasa. De Vasa had 64 kanonnen, verdeeld over twee dekken, en was 62 m lang, 11,50 m breed en 50 m hoog. Het schip was gebouwd voor een bemanning van 435 personen en woog 1200 ton.

Op 10 augustus 1628 voer de Vasa vanaf de scheepswerf in de richting van de havenmond, toen een windvlaag haar slagzij deed maken. Het schip herstelde zich, maar door een tweede windvlaag kwam het, na slechts 1300 m gevaren te hebben, zo schuin te liggen dat het water de geopende geschutpoorten binnenstroomde. De Vasa liep vol water en zonk 30 m naar de bodem van de haven, ter hoogte van Beckholmen op het eiland Djurgården. De meeste van de circa 150 opvarenden konden zwemmend de kant bereiken of klommen in de masten die nog boven water uitkwamen. Ongeveer 30 tot 50 personen verdronken.

Omdat de masten boven water uitstaken, werden ze vrij snel afgezaagd. Ook 61 van de 64 kanonnen werden al in de 17e eeuw geborgen, met behulp van een duikerklok. Berging was niet mogelijk en gedurende ruim drie eeuwen lag het schip ongestoord op de bodem van de haven van Stockholm. Pas in de jaren vijftig van de 20e eeuw werd het wrak van de Vasa opnieuw gevonden, door de Zweedse particuliere wrakkenonderzoeker Anders Franzén, die besefte dat de in zout water levende houtetende scheepsworm Teredo navalis in het brakke water van de Oostzee niet voorkwam, zodat de kans groot was dat de Vasa nog kon worden geborgen. Met behulp van een zelfgemaakt peillood wist hij het schip te lokaliseren. In een gezamenlijke operatie van de Zweedse marine en een bergingsbedrijf werd de Vasa geborgen door zes kabels onder het schip door te trekken en het in 16 stadia op te takelen. Op 24 april 1961 kwam de Vasa boven water.

De Vasa is geconserveerd door het hout over een periode van 17 jaar te behandelen met polyethyleenglycol. Uit het wrak van het schip werd, samen met 14 000 naast en in het schip gevonden houten voorwerpen, waaronder 700 beelden, de Vasa volledig gereconstrueerd. Na een verblijf in een tot tijdelijk museum omgebouwd droogdok wordt de Vasa sinds 1990 tentoongesteld in het Vasamuseum. Het is het drukstbezochte museum van Scandinavië. De basis is een ongebruikte sluis, waar de Vasa op eigen kiel in is gevaren en daarna drooggezet. Niet alleen het houtwerk is goed geconserveerd; ook zes zeilen die tijdens de reis opgeborgen lagen in kisten, zijn bewaard gebleven.

In de 17e eeuw bestonden de ontwerpspecificaties en berekeningen voor het bouwen van een schip alleen in het hoofd van de scheepsbouwer. Wetenschappelijke theorieën over scheepsontwerp of stabiliteit waren nog niet ontwikkeld, dus belangrijke factoren zoals het zwaartepunt werden door de scheepsbouwer geschat op basis van zijn ervaring.

Hoewel de stabiliteit van een schip niet wiskundig berekend kon worden, kon deze wel getest worden. Dit werd gedaan door een aantal mannen meerdere malen van het ene boord van het schip naar het andere te laten rennen om zo te bepalen hoeveel het schip overhelde en hoeveel tijd het nodig had om zich te rechten. Deze test werd in 1628 ongeveer een maand voor haar fatale reis op de Vasa uitgevoerd in het bijzijn van admiraal Klas Fleming en moest halverwege afgebroken worden omdat gevreesd werd dat het schip anders zou kapseizen. Klas Fleming merkte op dat hij wenste dat de koning in Stockholm was. De koning was echter in Polen en verzond brief na brief met de dringende opdracht om het schip zo vlug mogelijk vertrekkensklaar te krijgen om in de oorlog tegen Polen te kunnen inzetten.

De romp van de Vasa was onderverdeeld in drie dekken en een onderste ruim met de ballast die bestond uit grote, dicht opeengehoopte stenen. Bij de berging van het schip vond men een intact laadruim gevuld met ballaststenen. Het ruim van de Vasa bevatte 120 ton ballast, maar dit was niet genoeg om het aanzienlijke gewicht van het schip boven de waterlijn tegen te gaan; zelfs een lichte windvlaag zou het schip ernstig gedestabiliseerd hebben. Het was gebruikelijk in die tijd om het zware geschut op het onderste geschutdek te plaatsen om het gewicht op het bovenste geschutdek te verminderen en zo de stabiliteit te verbeteren. De plannen voor het geschut werden meerdere malen gewijzigd tijdens de bouw en zowel het plaatsen van 24-ponders (kanonnen die een kogel met een gewicht van 24 pond ofwel meer dan 11 kg kunnen afschieten) op het onderste dek en lichtere 12-ponders op het bovenste dek als het plaatsen van 24-ponders op beide dekken, werden in overweging genomen. De geschutpoorten op het bovenste dek hadden bovendien de juiste grootte voor 12-ponders, maar uiteindelijk werd het schip toch uitgerust met zware 24-ponders op beide dekken en dit kan tot de geringe stabiliteit van het schip bijgedragen hebben.

Oorlogsschepen uit deze periode – zelfs met geschikte bewapening – waren uiterst onstabiel. Een van de hoofdredenen hiervoor was het hoge achterkasteel dat als platform diende voor soldaten om met handvuurwapens op de vijand te kunnen schieten. De Vasa kan ook het bijkomend probleem gehad hebben dat het berghout (de stootrand rondom het bovenste deel van de scheepsromp) uit dikke planken bestond die te zwaar waren. Dit kan te wijten zijn aan de geringe ervaring met schepen met twee dekken of kan gedaan zijn omdat het de mogelijkheid bood om later nog zwaarder geschut toe te voegen. Er is echter niets inherent mis met de vorm van de scheepsromp; ze ligt binnen de normen voor deze periode.

Bij het bouwen van deze oorlogsschepen moest altijd een afweging worden gemaakt tussen o.a. snelheid, vuurkracht en stabiliteit. Een nauwere scheepsromp leverde bijvoorbeeld een sneller schip op, maar liet minder ballast toe in het ruim voordat de geschutpoorten te dicht bij de waterlijn kwamen te liggen. Een bredere romp onder de waterlijn liet meer ballast en geschut toe door het grotere drijfvermogen, maar zorgde voor een minder beweeglijk schip. Zwaar geschut en de verstevigde dekken waarop dit geschut stond, verhoogden op hun beurt het zwaartepunt waardoor het schip topzwaar kon worden. Men trachtte dit te vermijden door het geschut zo laag mogelijk in het schip te plaatsen, maar dit kon de geschutpoorten gevaarlijk dicht bij de waterlijn brengen met als gevolg dat vele oorlogsschepen in deze tijd in heviger weer met gesloten geschutpoorten moesten varen. In het geval van de Vasa is geweten dat de afstand van de onderzijde van de laagste geschutpoort tot de waterlijn 1,5 m bedroeg, wat normaal was voor deze periode.

Kapitein Söfring Hansson zeilde het nieuwe schip op de dag van de ramp met open geschutpoorten, wat ongebruikelijk was, zeker na de uitslag van de stabiliteitstest. Meestal zeilde een splinternieuw schip aanvankelijk met gesloten geschutpoorten om de kapitein en de bemanning aan het schip te laten wennen, aangezien elk schip in de 17e eeuw - door de aard van het bouwproces - zich wat anders liet besturen. De beslissing om met open geschutpoorten te varen, maakte het mogelijk voor water om langs de geschutpoorten naar binnen te stromen toen deze onder de waterlijn doken. Het gewicht van het binnenstromend water zorgde ervoor dat het schip zich niet meer kon rechten en het kapseisde nadat ook de meeste ballaststenen achter de kombuis naar bakboord verschoven waren. De geplande bestemming van de Vasa was Älvsnabben, de marinehaven in de buitenste archipel waar soldaten (ca. 300 manschappen en hun uitrusting, ongeveer 25 ton) en bijkomend proviand (ca. 70 ton voor een maand op zee) aan boord zouden worden genomen die de stabiliteit hadden kunnen verbeteren.

De Vasa werd in Stockholm gebouwd onder leiding van de Hollandse scheepsbouwer Henrik Hybertsson. Hij werd bijgestaan door timmerlieden, schrijnwerkers, beeldhouwers, schilders, glazenmakers, zeilmakers, smeden en vele andere ambachtslui. In totaal werkten vierhonderd mensen aan de Vasa. Het schip werd gebouwd in opdracht van koning Gustaaf II Adolf. De bouw nam ongeveer twee jaar in beslag. Het schip had drie masten, kon tien zeilen voeren, mat 52 meter van de top van de mast tot de kiel, was 69 meter lang en woog 1200 ton. Na voltooiing was de Vasa één van de sterkste schepen van haar tijd.

De Vasa had één van de belangrijkste schepen van de Zweedse vloot moeten worden. Zweden had een twintigtal oorlogsschepen, maar niet één had zoveel of zulk zwaar geschut als de Vasa. De Vasa had waarschijnlijk koers moeten zetten naar Polen, dat al jarenlang de voornaamste vijand van Zweden was. Polen werd geregeerd door koning Sigismund, een neef van de Zweedse koning (ze hadden dezelfde grootvader van vaderskant). Sigismund had eens over Zweden geheerst, maar was afgezet vanwege zijn katholieke geloofsovertuiging.

Samen met de Vasa werden meer dan 14.000 losse houten voorwerpen geborgen, waaronder 700 houten beelden. Deze werden afzonderlijk geconserveerd om vervolgens te worden teruggeplaatst op hun oorspronkelijke plek op het schip. Dit karwei was een enorme legpuzzel.
Oorlogsschepen uit de 17e eeuw waren niet alleen gevechtsmachines, maar ook drijvende paleizen. De geborgen houtsnijwerken tonen sporen van verguldsel en verf. Moderne analysemethoden tonen aan dat ze geschilderd waren in bonte kleuren op een rode achtergrond. De houten beelden stellen leeuwen, Bijbelse helden, Romeinse keizers, zeemonsters, Griekse goden en nog veel meer voor. Hun functie was de Zweedse koning te verheerlijken en uitdrukking te geven aan zijn macht, zijn culturele ontwikkeling en zijn politieke ambities.

Men zegt wel blij te zijn dat het schip ooit is gezonken want zo hebben wij een idee gekregen hoe zo een schip eruitzag. Het moet vroeger ook heel kleurrijk geweest zijn. De spiegel van het schip is voorzien van schitterend houtsnijwerk. Midden op de hekspiegel staat het wapenschild van de familie Vasa. Het symbool van de Vasa-dynastie is de korenschoof (“vase” is korenschoof in oud-Zweeds). Twee engelen houden het wapen tussen zich in. Als boodschappers van God bewijzen zij, dat de Vasa-dynastie uitverkoren was om het land Zweden en haar inwoners te besturen en te beschermen. De olijftakken zijn een symbool van vrede en de sappige vruchten staat voor een welvarend Zweden.

Het wapenschild van Zweden bestaat uit:
- twee leeuwen die het wapen sinds de dertiende eeuw flankeren
- de drie kronen symboliseren de drie Heilige Koningen
- het middelste schild draagt het wapen van de familie Vasa, een korenschoof,
- de kroon benadrukt de koninklijke status van de dynatie.

Ik vond het echt de moeite waard om dit museum te bezoeken. Ik heb in Oslo het Fram-schip bezocht, waar ook een heel museum voor gebouwd is. Het was het schip
dat op diverse ontdekkingsreizen naar de poolstreken is gebruikt. Het werd speciaal voor dit doel gebouwd in opdracht van Fridtjof Nansen.

Ook heb ik het Kontiki-vlot van Thor Heyerdahl gezien in Oslo. Hij probeerde met een aantal bijzondere en opvallende expeditiereizen aan te tonen, dat vertegenwoordigers van heel oude culturen, zoals de Eskimo's en de indianen, al met elkaar in contact gekomen kunnen zijn.

Ik kon er wel heel lang blijven, het maakte veel indruk op me. Maar de tijd verstreek en ik wilde nog meer doen. Ik liep richting ABBA-museum maar ik realiseerde me dat het niet goed voor me zou zijn ook dat nog te bezoeken. Ik had al lang genoeg op mijn benen staan. Dus Agnetha, Anni-frid, Björn en Benny, sorry. Ik zal morgen als pleister op de wonde wel een cd’tje van jullie in de auto draaien.

Ik liep naar de ferry en kwam langs het pretpark waar mensen met een soort katapult de lucht in werden geschoten. Vervolgens kwam ik bij de ferry, waarop ik met mijn ov-kaartje weer gratis naar het stadscentrum werd vervoerd, met een tussenstop op het eiland Skeppsholmen. Aan het havenfront kon ik het niet laten: even een lekker kopje thee met een echte Zweedse kanelbulle erbij, een soort kaneelbolus. Hij kwam net uit de oven dus hij was heerlijk knapperig.

Daarna liep ik de oude stad weer in en liep nog even naar de Duitse kerk St. Gertrud, die ik gisteren maar even snel kon bekijken. Nu heb ik er alle tijd voor genomen en het was weer een pronkstukje. Vandaar ging ik naar metrostation “Gamla Stan”. Je moet niet denken dat Stockholm op een niveau ligt hoor. Het lijkt de zeven-heuvelen-loop wel. Ik heb zelfs een steegje gefotografeerd waar je via een hele lange trap in een straat uitkomt die op een hoger niveau uitkomt. Net Italië.

De metro bracht me weer snel naar metrostation Odenplan, met de nadruk op plan, waarna bus 67 me weer naar het hotel bracht. Onderweg zag ik nog even dat er op de snelweg weer file was; vast allemaal Zweden die na het weekend naar de stad terugkeerden. Ik moet morgen ook weer in de spits via deze weg rijden. Eerst een stukje richting centrum, dan duik ik de tunnel in en ik hoop dat ik dan op de E4 naar Helsingborg zit.

En in de hotels die ik de afgelopen weken heb bezocht heb ik nagedacht over wat ik ga doen als ik niet meer werk. Ik ga in hotels hoekjes omvouwen van toiletpapier. In haast elk hotel is het eind van het toiletpapier in een puntje gevouwen. Ik krijg bijna de neiging om het ook te gaan doen. Misschien een tic die ik van deze vakantie overhoud.


  • 27 Augustus 2018 - 07:30

    Jip:

    Prachtig weer allemaal! Ik heb ooit ergens gelezen dat die drie kronen zouden verwijzen naar de Unie van Kalmar in de 14de eeuw, toen Margrethe I van Denemarken erin slaagde de drie koninkrijken Noorwegen, Denemarken en Zweden onder 1 koning(in) samen te brengen. Misschien zijn er meerdere theorieën?

    Over wat nog bestaat: ik was gisteren naar Amsterdam, met de auto, want in heel NH was er werk aan het spoor. Ik besloot naar Geuzenveld te rijden en daarvandan een tour de nostalgie met bus 21 naar het CS te maken. Uiteindelijk geparkeerd op de Ookmeerweg. Bus heen, tram 14 naar Hermitage. Tentoonstelling neoclassicisme bekeken, die mij niet echt veel deed: nogal gladjes allemaal. Toen nog de gouden eeuw bekeken, dat was al beter. Teruggelopen naar CS en daar tram 13 genomen. Die gaat natuurlijk aan het eind over de Roëllstraat en daar kon ik duidelijk zien dat ondanks alle nieuwbouw het Gerhardhuis en de blokken aan o.m. de Descartesstraat nog overeind staan. Van het Lambertus Zijlplein naar mijn auto gelopen. op de hoek van de Savornin Lomanstraat en de Ookmeerweg staat wel iets nieuws: een gebouw van acht verdiepingen, rode baksteen, met golvende balkons in Amsterdamse Schoolstijl, ik werd er vrolijk van. Eindelijk eens iets anders dan al die kubussen zonder fantasie.

    Op jouw foto's zie ik de sfeer die ik erg prettig vind, dus Stockholm staat definitief op de lijst!

    Veel plezier weer vandaag!

  • 27 Augustus 2018 - 07:31

    Jip:

    Over dat wc papier: die puntjes ken ik, maar in Corsica ook iets anders gezien. Daar had men in een hotel een puntje met daarin ook nog een stempeltje gedrukt. Geen inkt, alleen reliëf met logo van het hotel. Helaas kon je nergens je handdoek ophangen en werd alles nat als je douchte, maar wel een stempeltje dus.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Elly

Hallo, Ik ben Elly van Oudenaren. Ik ben 64 jaar oud en docente Duits. Ik houd ervan om nieuwe dingen te zien, steden te bezoeken en te genieten van de verschillende landschappen. Dit jaar reis ik voor het eerst alleen. Een half jaar geleden is mijn man Gilles overleden. Maar ik wil nog zo graag van alles zien. We gingen altijd met de caravan, wat voor mij het leukste is. Nu ga ik langs hotelletjes. Dat is veel minder leuk, vind ik. Je zit dan alleen op de kamer, terwijl je op een camping gelijk aanspraak hebt. Maar misschien ontmoet ik toch wel hele leuke mensen, juist omdat ik alleen ben. Ik vertrek morgen, 17 juli. Via Venlo rijd ik naar Koblenz en dan verder naar Sasbach in Schwarzwald, waar mijn vriendin woont. Daar ga ik eerst een paar dagen bijkomen. Vervolgens rijd ik weer noordwaarts en ga via Dresden naar Holtendorf, waar ik overnacht. Dan begint het avontuur. Ik ga een rondreis maken door Polen. Ik ga naar Krakau en dan naar Gdansk. Onderweg hoop ik allerlei interessante dingen te zien. Via de route langs de Oostzee rijd ik dan weer terug.

Actief sinds 15 Juli 2016
Verslag gelezen: 420
Totaal aantal bezoekers 52882

Voorgaande reizen:

29 Mei 2023 - 21 Juni 2023

Rondje Duitsland en Polen

14 April 2023 - 21 April 2023

Naar de Moezel

21 Augustus 2022 - 08 September 2022

Reis door Duitsland deel 2

06 Juni 2022 - 25 Juni 2022

Reis door Duitsland deel 1

29 Juli 2018 - 29 Augustus 2018

Rondje Oostzee

30 Juli 2017 - 22 Augustus 2017

Op reis door de Baltische Staten

17 Juli 2016 - 09 Augustus 2016

Alleen naar Polen

Landen bezocht: