Meersburg, het klooster van Birnau en Reichenau
Door: Elly
Blijf op de hoogte en volg Elly
15 Juni 2025 | Duitsland, Reichenau
15 juni 2025 Meersburg en Birnau.
Vandaag is het iets minder warm. Het is een beetje bewolkt maar heerlijk om iets te ondernemen. Zo reed ik vanmorgen naar een buitenwijk van Konstanz, waar ik de autopont naar Meersburg nam. Hij doet er ongeveer 15 minuten over. De overtocht is 4,5 kilometer lang en er varen maximaal zes veerboten heen en weer. Ik reed de pont op en hij vertrok al snel.
Het was jammer dat het een beetje nevelig was, anders had ik mooie foto’s kunnen nemen. In Meersburg aangekomen vond ik al snel een parkeerplekje. Ik wilde naar de burcht, waaraan Meersburg zijn naam te danken heeft. Het is de oudste nog bewoonde burcht van Duitsland.
Ik pakte mijn stokken en bewonderde eerst “das Unterstadtor”, ook wel “Niedertor” of “Kugelwehrtor” genoemd. Het is de oudst bewaarde poort van de stad. Men neemt aan dat hij rond 1250, tijdens de eerste ommuring van Meersburg, gebouwd is. Hij wordt echter pas voor het eerst genoemd in 1325. Terwijl de Unterstadttor tot vandaag de dag, in wezen onveranderd, nog steeds staat, werd zijn pendant, de “Hintere Seetor”, die de stad aan de oostzijde begrensde, in 1852 afgebroken. De stadsmuren, waarvan de stadspoorten een wezenlijk onderdeel uitmaakten, diende in de middeleeuwen niet alleen voor de veiligheid van de bewoners. Hij markeerde ook het rechtsgebied dat de stad van het achterland afgrensde. Stadsmuren, stadspoorten en daarbij ook nog het marktrecht waren belangrijke criteria die een stad in de middeleeuwen definieerden. Meersburg verkreeg het marktrecht in 1233. De stadsrechten werden in het jaar 1299 verleend aan de “Gesamtheit er Bürger” (“gehele burgerij”) van Meersburg (aldus de bewoording van de oorkonde), onder het bewind van de daadkrachtige bisschop Hendrik van Klingenberg (regeerperiode 1293–1306). Ik maakte foto’s van beide zijden van de poort, waarbij ik die aan de stadskant toch wel erg mooi vond.
De benedenstad lokte, maar ik had besloten om naar de burcht in de bovenstad te gaan. Ik snap niet waarom er niet overal liften of roltrappen zijn. Nu moest ik de “Burgsteig” oplopen. Nou, je ziet het al aan de naam, “Steig”. Dat komt van het werkwoord steigen en dat betekent dat je omhoog moet. Het was een flinke klim naar boven, maar dan word je ook met een mooi uitzicht beloond. Je ziet de burcht, het “neue Palast” en je hebt een prachtig uitzicht over de Bodensee, tenminste, als het helder is. Het weer werd dreigend zoals voorspeld was en af en toe voelde ik een druppel. Ik dorst niet lang boven te blijven want ik had geen zin om nat te worden. Het ging nu echt een beetje regenen, maar ik was al snel weer bij de auto. En van een beetje regen smelt je niet. Het was evengoed 29 graden en in Chur bootsten ze zelfs regen na bij installaties waar je onder door moest lopen.
Nog even terug naar de burcht, ook wel Altes Schloss genoemd, in tegenstellling tot het Neue Schloss, dat er vlak naast ligt. Het is waarschijnlijk in de 7de eeuw gebouwd om de aanlegsteiger over de Bodensee te beschermen. Het kasteel was lange tijd het eigendom van de prins-bisschoppen van Konstanz. Als ze in de stad waren verbleven ze in dit kasteel. De burcht werd ooit bewoond door de dichteres en componiste Annette von Droste-Hülshoff, van wie bij de burcht een beeld staat. Het Neues Schloss werd in de 18de eeuw gebouwd voor de prins-bisschoppen.
Ik ging verder. Natuurlijk met een paar haarspeltbochten om boven te komen. Ik zag een gote bus naar beneden komen en nam wat gas terug. Ook deze chauffeur bedankte me. En dat vind ik leuk!
Via een vrij drukke weg aan de noordkant van Bodensee reed ik naar Birnau. Ik weet dat deze weg de bewoners een doorn in het oog is. Helemaal in de zomer. Dan is het een grote file. Ik reed door naar Birnau en daar sloeg ik af naar het beroemde klooster. Ik moet eerlijk zeggen dat, voordat ik deze reis plande, ik er nog nooit van gehoord had. Ik parkeerde de auto, liep naar binnen maar we moesten wachten; er was een godsdienst aan de gang. Toch heb je dan weer mensen die, ondanks het feit dat er een bordje staat, gewoon doorlopen. En ik op mijn oude beentjes maar geduldig wachten.
Maar dan gaat ineens die deuren open en even voelde ik me in een soort “Wieskirche” in Beieren, een rococo kerk waar je mond van open valt. Ik kan natuurlijk wel weer alles gaan beschrijven maar ik zal proberen me aan de hoofdlijnen te houden. Nog vermeldenswaard is het dorp Nussdorf, waar alle straatnamen namen van vissen zijn.
Aan de Bodensee, net boven het Bodensee-kasteel Maurach, ligt op een heuvel de beroemde bedevaartskerk van Birnau als hoogtepunt van de Ober-Schwäbischen Barokstraße. Het eerste gebouw, Alt-Birnau, stond ongeveer 3 kilometer verder noordwestelijk en was, net zoals de huidige kerk, een “filiaal” van de bedevaartskerk Salem. Ik had besloten om deze niet te bezoeken; je kunt tenslotte niet alles. Vanaf 1746 bouwde de bekende architect Peter Thumb de kerk, die samen met de proosdijgebouwen aan weerszijden van de toren een harmonisch geheel vormt. Als gevolg daarvan deed ook het klooster Salem mee, in de trend van de toenmalige tijd, in een wedstrijd om het mooiste bouwwerk en benutte het klooster als zomerresidentie van hun abten.
In 1803 ging het, net zoals alle andere Duitse kerkbezit, bergafwaarts en ging ook het klooster Birnau in wereldlijk bezit over. Echter, prins Max von Baden stelde het klooster in 1919 ter beschikking aan de cisterciënzers uit Mehrerau bij Bregenz.
Zoals bij alle barokgebouwen openbaart de schoonheid van het geheel zich aan de toeschouwer vooral in het met licht overstroomde en rijkversierde interieur, waarvan de krachtige muurpijlers veel ruimte laten voor grote ramen en plafondschilderingen. In vooral harmonieuze bruintinten schilderde de hofschilder uit Augsburg, Gottfried Bernhard Götz, het hoofdfresco met als thema de “Verheerlijking van de Liefelijke Moeder” en talrijke andere plafondbeelden.
Het eerder ingetogen stucwerk is van de hand van Joseph Anton Feuchtmayer, die ook de zeven altaren en de talloze engelen- en heiligenfiguren vormgaf. Onder de hier zwevende engelenfiguren valt vooral de originele "honinglikker" op, bij het altaar van de heilige Bernardus van Clairvaux, rechts bij de overgang naar het koor. Het hoofdaltaar werd in latere tijden aangepast; op het baldakijn spelen lieflijke engelen. Daaronder bevindt zich het genadebeeld van de "Liefelijke Moeder van Birnau", een werk uit de 15e eeuw.
Ik vind het zo knap hoe ze zo alles hebben kunnen maken, al die details. Ik kan er tijden naar kijken. Je kunt het fotograferen, maar een foto geeft niet weer wat je werkelijk ziet. Daarvoor moet je er zijn, het beleven. En die ambachtslieden die alles gemaakt hebben, daar moet wel heel veel liefde en overtuiging bij zitten voor het werk en voor het geloof.
Buiten was het inmiddels weer zonnig geworden en genoot ik van de symmetrische buitenkant van het kloostergebouw. De omgeving van de kerk was net als nu nog onbebouwd, zodat geen andere bebouwing het zicht op de kerk kon wegnemen. De kerk moest van verre te zien zijn en dat gegeven was zo belangrijk bij de planning dat er zelfs werd afgezien van de traditionele oost-westoriëntatie. De financiële middelen voor de bouw werden zonder problemen opgebracht en in niet meer dan vier jaar werd de kerk gebouwd én ingericht. De plechtigheden voor de wijding van het kerkgebouw werden van 19 tot 24 september 1750 gevierd. Vanaf het grote terras had je een schitterend uitzicht over de Bodensee, die hier dan weer Überlingersee heet, een deel van de Obersee.
Tenslotte: het kerkschip is circa 50 meter lang. Aan de kant van de Bodensee sluit zich een dwarsgebouw aan, waarin de woon- en bestuursruimten van het pastoriaat zijn ingericht. Tevens is hier een kloosterwinkel ondergebracht. Boven deze dwarsbouw verheft zich de 51 meter hoge klokkentoren. De kerk van Birnau behoort tot de mooisterococogodshuizen van Duitsland.
Ik vond het een fijne dag en was tevreden met alles wat ik gezien had. Ik wist dat het in de middag slecht weer zou worden dus ik keerde terug; nu niet met de veerpont maar over de weg. Ik had al moeite om de weg over te steken want er werd van beide zijden file gereden. Gelukkig gaf iemand mij voorrang en kon ik wegkomen. Maar ook onderweg druk, druk, druk.
Ik reed weer terug naar het eiland Reichenau, dat sinds 1838 door middel van een dam verbonden is met het vasteland. Links van de dam zie je de Untersee met uitzicht op de Zwitserse Alpen, rechts ligt de Gnadensee. Dit meer is een deel van de Untersee en ligt ten noorden van het eiland Reichenau.
En hoe komt dit meer aan zijn naam? Wel, het kloostereiland Reichenau was volgens de wil van de stichter van het klooster een “heilig eiland”. Men werd er wel ter dood veroordeeld, maar voltrekken mocht alleen op het vasteland. Na de verkondiging van het oordeel werd daarom de delinquent met een boot naar het vasteland gebracht. Daar stond in de middeleeuwen de galg van de abdij van Reichenau. Luidde tijdens de overvaart een klok, dan kreeg de veroordeelde “genade” en op het vasteland op vrije voeten gesteld, niet nadat hij had moeten beloven zich nooit meer in de omgeving te laten zien. Sindsdien het dat deel van de Untersee tussen het eiland en het vasteland “Gnadensee”.
Omdat het nog een beetje vroeg was om naar het hotel te gaan en omdat het ook lekker weer was, zo’n 29 graden een stuk “koeler” dan gisteren, besloot ik nog even door te rijden naar de kloosterkerk van Reichenau.
De oudste kerk op het eiland is de domkerk St. Maria en Marcus. Het is de voormalige kerk van het klooster dat gesticht was in 724. Het eenvoudige houten gebouw van de stichter Pirmin van het klooster werd na enkele tientallen jaren al te klein en nog in de 8ste eeuw vervangen door een ongeveer 40 meter lang stenen gebouw. Ten noorden daarvan sloten zich een kloostergang en een tweeverdiepingen tellend monnikenverblijf aan. Al snel werden ook deze gebouwen uitgebreid, want halverwege de 9de eeuw telde het klooster 134 monniken. Het klooster is daarna verschillende keren verbouwd en uitgebreid.
De Dom in Reichenau is een zogenaamde Basilica minor (“kleinere basiliek”, in tegenstelling tot de vijf Basilicae maiores in Rome). Het is sinds de 18e eeuw een bijzondere eretitel die de paus aan een belangrijk kerkgebouw kan toekennen. Redenen hiervoor kunnen de ouderdom, de historische betekenis of het belang als centrum van het geloof zijn. Wereldwijd dragen bijna 2000 kerken deze eretitel. Uiterlijke kenmerken van een Basilica minor zijn het pauselijk wapen boven het ingangsportaal, de Padiglione – een geel-rood gestreepte kegelvormige baldakijn – en het Tintinnabulum, een liturgische klok. In deze omgeving dragen onder andere het Münster van Konstanz (sinds 1955) en de bedevaartskerk Birnau (1971) deze eretitel.
Na alle pracht en praal in Birnau was dit wel even wat anders. Een basilica, eenvoudig, zonder alle versierende elementen van de barok of rococo. Maar het meest in het oog springend was wel de open dakconstructie. Dat had ik nog nooit in zo een groot gebouw gezien.
Na mijn bezoek reed ik weer naar het hotel, waar ik lekker een uurtje geslapen heb. Toen ik wakker werd was het weer omgeslagen. Harde windstoten en een donkere lucht. Maar het is hier droog gebleven. Ik heb wel binnen gegeten want buiten waren alle tafels en stoelen vastgebonden.
Ik heb hier nu nog een dag. Het zou morgen een beetje wisselvallig worden, maar ik ga toch nog een keertje naar Konstanz. Ik neem wel de auto tot het station, want ik wil niet weer op een bus moeten wachten als ik moe ben.
-
15 Juni 2025 - 22:01
Jip:
Mooi weer allemaal! Ik vind de kleuren van de rococo in Duitsland ook altijd bijzonder, beetje purperachtig. Wel inspannend lijkt mij, met dat warme weer, want je kunt niet steeds terras of Konditorei. Veel te zien dus in dat gebied, moet ik onthouden. Wieskirche ken ik ook, inderdaad groot feest vanbinnen.
Veel plezier weer verder!
-
15 Juni 2025 - 23:36
Anja:
Elly wat heb je toch een ongelooflijke energie om zoveel kerken, kloosters en wat al niet meer te bezoeken!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley