Zondag 12 augustus. Van Vilnius naar Daugavpils.
Door: Elly van Oudenaren
Blijf op de hoogte en volg Elly
12 Augustus 2018 | Letland, Daugavpils
Daarna moest ik twee hindernissen overwinnen. Ik moest al mijn bagage naar de garage zien te krijgen zonder lift en vervolgens moest ik de auto achteruit in de lift rijden. Ik had op weg naar het ontbijt al wat kleine bagage meegenomen en in de auto gelegd. Maar mijn koffertje en mijn tas, ja, dat werd toch echt te gek. Bij de receptie heb ik om hulp gevraagd en er zou zo snel mogelijk iemand komen om mijn bagage op te halen. Ik ging alvast naar beneden om daar te wachten op de dingen die gingen gebeuren. Er gebeurde helemaal niets. Toen kwam er opeens een jongen aan die koffers naar een andere gast bracht. Hij vroeg wat ik er deed. “Wachten,” was mijn antwoord. “Apologize, apologize,” en hij ging snel mijn bagage ophalen.
Toen moest de auto nog naar boven. Achteruit erin en het paste weer net. Ik was nu zo slim geweest om mijn raampjes open te draaien, zodat ik op het lichtknopje kon drukken. Maar echt gemakkelijk was het niet. Ook toen ik eruit wilde rijden kon ik net tussen twee geparkeerde auto’s door manoeuvreren. Ik reed weg en liet Vilnius achter me. Eerst wilde ik even tanken, had ik dat gehad. Was het een automaat die mijn VISA-card niet herkende. Die kaarten ook. Dan maar het volgende tankstation en daar werd mijn kaart wel herkend.
Na een kort ritje kwam ik bij mijn eerste stop: het geografische middelpunt van Europa. Verschillende landen claimen het geografische hart van Europa te zijn. Maar volgens onderzoek van het Franse Nationale Geografische Instituut is het enige echte geografische middelpunt van Europa in Litouwen, een feit dat zelfs is opgenomen in Het Guiness Book of Records. Het Instituut riep in 1989 het plaatsje Purnuškės, 26 kilometer ten noorden van Vilnius, uit tot het centrum van Europa. Het is gebaseerd op de volgende feiten. Het meest noordelijke punt is Spitsbergen, het zuidelijkste punt de Canarische Eilanden, het meest oostelijke punt de Oeral en het meest westelijke punt de Azoren.
De eerste markering van het geografische centrum, een steen met een metalen plaat, werd geplaatst op een heuvel in de buurt van Bernotai in 1991. Helaas ging deze kapot. Daarna is er een 9 ton zware steen op geplaatst die in de velden rondom het dorp werd gevonden. Een andere metalen plaat werd op de steen bevestigd. In 1992 is het gebied uitgeroepen tot nationaal park, omdat aangenomen wordt dat zich hier van de eerste tot de vijfde eeuw een verdedigingsfort bevond. Ook werd er een begraafplaats gevonden van heidenen.
Elk jaar neemt het aantal toeristen dat Litouwen bezoekt toe. Met dit in gedachte wilden verschillende instanties, waaronder het ministerie van economische zaken, meer zichtbaarheid geven aan het geografisch centrum. Op 1 mei 2004, de datum dat Litouwen toetrad tot de EEG, werd er op deze plaats een sculptuur onthuld in de vorm van een kolom van wit graniet bekroond met sterren. Op deze symbolische manier wilde Litouwen zijn historische verbondenheid met Europa benadrukken en tevens de pijnlijke terugkeer naar de Europese familie.
Ik kon de auto er gemakkelijk parkeren, het was nog rustig. Een klein stukje lopen en ik kon mijn plaatjes schieten. Ik bleef er niet lang want ik had al een mug op mijn arm doodgeslagen. Via een “lapjesdekenweg” reed ik verder, richting Letland. Vlak voor de grens sloeg ik af. In de boeken stond dat hier wel een heel bijzonder houten kerkje stond. Nou ja, niet meteen hier, een stukje van de weg af. Ik reed het binnenland in en ja hoor, daar kwam de afslag Stelmūze. De weg was niet zichtbaar via streetview, dus ik hield mijn hart vast. Maar de weg bleek recentelijk geasfalteerd te zijn. Weliswaar maar een auto breed, maar toch… Het was echt een smal weggetje en het ging op en neer, net zo’n golfbeweging in een grafiek. Dus je moest steeds even voor de top inhouden om te kijken wat erachter kwam. Maar zonder kleerscheuren bereikte ik het gehuchtje. Er was een parkeerplaatsje waar toch wel wat auto’s geparkeerd stonden, die natuurlijk allemaal over dat kleine weggetje waren gekomen. En er was een huisje waar je betalen moest, tenminste, als je het kerkje wilde zien. De meeste aanwezigen kwamen voor de eik en gingen met de boom op de foto.
Ik kocht een kaartje en een oude vrouw vroeg: “Foto?” Ik knikte van ja. En toen begon het en dat stamt nog echt uit het Russische tijdperk. Er werd een hele kwitantie uitgeschreven die ik ook moest ondertekenen. Ik had 3 euro betaald.
Nadat ik het toilet met een bezoek had vereerd liep ik rustig naar boven. Ik wilde net wat foto’s nemen toen er een jongere vrouw aankwam die me aan me jasje trok dat ik de kerk eerst in moest. Ik dacht nog: “Zeker een rondleiding.” Temeer daar ze vroeg of ik Engels sprak. Ik kwam binnen en was de enige. En zij zei helemaal niets. Gelukkig had ik me ingelezen en wist ik waar ik naar moest kijken. Maar ik voelde me wel ongemakkelijk. Toen we weer naar buiten gingen werd de deur weer op slot gedraaid.
Stelmūze ligt aan de grens met Letland, 13 kilometer ten noorden van Zarasia. Het is bekend om een hele oude eikenboom, misschien zelfs wel 1500 jaar oud.
Kunst- en architectuurliefhebbers komen er vooral vanwege de aanwezigheid van een bijzonder houten kerkje, de enkelschepige Heilige Kruiskerk. Men schat dat het in 1650 gebouwd is zonder spijkers en alleen met een bijl. Het heeft een schitterend barokaltaar, het werk van een metselaar uit Ventspils, een kanzel voorzien van prachtig houtsnijwerk met reliëfvoorstellingen en beelden van engelen en heiligen. Verder is de kerk versierd met houtsnijwerk, voorstellende eikenbladeren, druiventrossen, bloesem en dennenappels. Over de geschiedenis van de kerk en zijn kunstenaars is weinig bekend. Men weet alleen dat hij door lijfeigenen van het landgoed Stelmūze.werd gebouwd. Tegenwoordig worden hier diensten gehouden. In het hoofdschip zijn ook crucifixen en kostbare schilderijen uit in de buurt gelegen kerken ondergebracht. Het bijzondere is dat de voorhal is voorzien van zuilen, zowel aan de zijkant als aan de voorkant. Eerst behoorde het kerkje toe aan de gereformeerden, in 1808 verviel het aan de katholieken.
Ernaast staat een klokkentoren die uit twee delen bestaat.
Na dit intermezzo reed ik naar Zarazai, de gemeente waaronder Stelmūze valt. Het ligt heel mooi aan een meer en dat wilde ik even fotograferen. Ik wist ook dat er een loopbrug boven het meer gemaakt is. Het was de hele dag droog geweest maar nu begon het echt heel hard te waaien, er kwamen schuimkoppen op het meer en de lucht werd heel donker. Ik heb toch nog een paar plaatjes geschoten en daarna vond ik het veiliger om mijn auto op te zoeken. Het ging regenen en de temperatuur daalde van 21 naar 14 graden.
Mijn bestemming voor vandaag lag 30 kilometer verderop, in Daugavpils. Het ligt bij de grens met Litouwen en Wit-Rusland, op het kruispunt van de as tussen de Oostzee en de Zwarte Zee en aan de hoofdroute tussen Warschau en Moskou. Daugava is de rivier en pils betekent burcht. Of, zoals het ook wel genoemd wordt, Dinaburg. De stad wordt vaak gezien als Russisch, omdat de meest inwoners Russisch zijn.
Het is de op een na grootste stad van Letland. De geschiedenis van de stad begint in 1275 bij een kasteel van de Lijflandse Orde, Dinaburga. In de 16de eeuw verscheen een nederzetting aan de oever van de Westelijke Dwina die afwisselend werd overheerst door Polen, Russen en Zweden. Begin 19de eeuw werd de stad verbouwd tot een tsaristische vesting. De inwoners werden overgeplaatst naar het gebied dat nu het centrum vormt.
In het Sovjettijdperk was Daugavpils een industriestad. Er werd van alles geproduceerd: motorzagen, elektrische apparatuur, synthetische vezels, fietsen, textiel en er was een reparatiewerkplaats voor locomotieven. Alles werd in grote hoeveelheden geproduceerd om door de hele Sovjet-Unie verkocht te worden. Om de capaciteit aan te kunnen, moesten er veel Russen naar de stad emigreren De meesten bleven er na de onafhankelijkheid wonen, waardoor het Russisch nog altijd de voertaal is op straat. Slechts 15% van de inwoners is van Letse afkomst, daarmee het laagste percentage van het land. Na de onafhankelijkheid zette het verval in, dat men nu, niet zonder succes, tracht te keren.
Eigenlijk is Daugavpils dus een echte sovjetcreatie. Kaarsrechte straten, weinig groen en fantasieloze flatgebouwen die ooit snel uit de grond zijn gestampt om fabrieksarbeiders een dak boven het hoofd te bieden. Daarbij komt ook nog een hoog werkloosheidspercentage dus je begrijpt wel waarom de inwoners weinig reden hebben tot lachen. Het is een troosteloze bedoening, zelfs de eeuwige vlam ter nagedachtenis aan de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in het centrum is gedoofd. En juist in deze stad sneuvelden heel veel mensen.
Dus waarom wilde ik naar deze stad. Ten eerste voor de “churchhill” en ten tweede omdat mijn rit anders te lang zou worden. Ik reed de drukke stad en en vond wonder boven wonder toch vrij snel het hotel, dat net buiten het centrum ligt. Het is nog echt een hotel uit de communistische tijd, maar dat wel zijn best doet om te moderniseren. Je ziet nog de ruimtes waar de etagedames vroeger zaten. Mijn kamer zou het aardig doen in het programma “de groeten van Max” ware het niet, dat alles hier wel schoon is. Er is een (laag) tweepersoonsbed, een badkamertje en een hoek waar niets staat. Er hang wel een kaartje: “plaats voor bagage”.
Ik besloot eerst maar eens naar de “Churchhill” te gaan. Ik was al langs de wit-blauwe orthodoxe kerk HH. Boris en Glebekathedraal uit 1905 met zijn tien vergulde koepels gereden. Het is de grootste Russisch-orthodoxe kathedraal van Letland. Hij is genoemd naar de twee heiligen op wier naamdag het Russische leger in 1656 Daugavpils binnenviel. De Russische naam voor de stad, Borisoglebsk, is daar ook van afgeleid. De iconen en freso’s zijn kopieën van die in de St. Sofiakathedraal in Kiev.
Ik heb het wel steeds over “Churchhill”, maar deze kathedraal stond toch echt niet op een hill. Ik reed met de auto naar boven. Je kunt het ook lopen, maar ik vond dit gemakkelijker. Ik nam eerst een kijkje in de Maarten Lutherkerk. Deze neogotische kerk van rode baksteen uit 1893 is onlangs geheel gerenoveerd. Tijdens het Sovjetbewind zat er een boksschool in.
Naast de lutheranen kerk staat de neo-barokke Rooms-Katholieke kerk, waarin een Mariagrot, in 1902 aangelegd ter herinnering aan een Mariaverschijning, vele gelovigen trekt. Op de plaats waar de kerk nu staat zijn volgens een plaatselijke legende, de dochters van een rijke koopman in een meer verdronken.
Toen maar weer in de auto om de Oudgelovigenkerk te zoeken. Ik vond hem al snel, hij moest namelijk ook hier vlakbij zijn. Deze machtige, roze Mariakerk met de blauwe miniatuurkoepels en de grote, goudkleurige koepels is zelden voor publiek open. Bezoekers kunnen wel een blik naar binnen werpen tijdens diensten, wanneer de kaarsen voor de tientallen iconen langs de wanden branden. De collectie bevat ongeveer 300 iconen. Het gezang maakt de plechtige sfeer compleet.
Het is wel apart, die kerken zo dicht bij elkaar. Maar wat nog aparter was, ik mocht naar binnen in de kerk van de Oudgelovigen. Op het voorplein werd ik al staande gehouden door een oude vrouw die me duidelijk wilde maken dat ik niet “passend” gekleed was. Ik begreep er natuurlijk helemaal niets van. Toen kwam er een jonge vrouw aanlopen die Engels sprak. Vrouwen in een lange broek mogen niet naar binnen. Maar ze voegde eraan toe dat ik wel even naar binnen mocht gluren. Vervolgens verdween ze in de kerk, waarna ze weer met een sjaaltje naar buiten kwam. En je gelooft het misschien niet, maar toen kwam er een non aan en die gaf mij een groot zwart schort, dat ik om mij heen mocht binden. Zo kon ik toch de kerk in. Dus je moet je mij even voorstellen: Lange broek, t-shirt, stokken, hoofddoek en groot zwart schort ….. ik voelde me wel 80. Maar het was de moeite waard. Al die iconen, wat een pracht. Ik heb nog een kaarsje gekocht voor 50 eurocent voor Gilles en in het bijzijn van de vriendelijke non aangestoken. Toen heb ik “spasiba” gezegd en “do svidenia” en ben ik de kerk uitgelopen. Je voelt je toch een beetje een indringer.
Het was tijd om het hotel weer op te zoeken. Ik had besloten om daar even een klein hapje te eten. Maar ik kan het toch beter bij brood met kaas houden. Ik heb iets gegeten waarvan ik dacht dat ik wist wat het was, maar wat achteraf iets heel anders bleek te zijn. En ik weet nog niet was het was. Wel dat het heeeel erg zwaar op de maag ligt. Het hield een beetje het midden tussen gort en risotto. Er was wortelcreme bij en een paar champignons. Het stond me echt tegen dus ik heb het niet opgegeten. Morgen nieuwe dag, nieuwe kansen. Op naar Riga.
-
12 Augustus 2018 - 18:47
Jip:
Lijkt mij ook wat beklemmend, deze stad. Maar wel mooie kerken dus. Al die wisselende heersers hebben natuurlijk niet alleen bouwsels, maar ook het eea in de hoofden van mensen achtergelaten.
Dat oostblokgedrag hebben wij indertijd ook nog hier en daar ervaren, maar gelukkig was dat toen ook al een uitzondering.
Veel plezier verder in Riga! -
12 Augustus 2018 - 20:52
Ava:
Ik mis eigenlijk een selfie van jou met schort, hoofddoek en de rest van jouw 'verkleedspullen'. De kerk foto's zijn heel mooi.
Ik blijf je een dapper mens vinden, goed dat je oppast wat je eet, want onrustige maag en darmen zijn het laatste wat je nodig hebt.
Goede reis weer voor morgen en vooral een betere temperatuur dan 14°C.
Ava -
13 Augustus 2018 - 17:02
Jan En Gerda:
wat zie je weer veel, je gaat zoveel kerken in, dat je straks bekeerd terug komt?
maar het zijn mooie plaatjes en verhalen. Elly, ga zo door, en geniet ervan,,,,
wij blijven je volgen,,
Jan en Gerda
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley